LANDELIJK – Jaarlijks worden duizenden, vooral Nederlandse kinderen en jongeren gedwongen om strafbare feiten te plegen. Dat blijkt uit een onderzoek van het Centrum tegen Kinderhandel en Mensenhandel (CMK). Er zijn 13 (middelgrote) gemeenten onderzocht. In die gemeenten was al sprake van 2500 slachtoffers in de afgelopen twee jaar. Landelijk waren maar 68 Nederlandse slachtoffers bekend. Het rapport ‘Kijken met andere ogen’ toont aan dat criminele uitbuiting van kinderen en jongeren een belangrijke maar nog onzichtbare pijler vormt onder het verdienmodel van criminelen. “Slagen we er niet in om deze slachtoffers te signaleren en te beschermen dan is de kans groot dat we hen verliezen aan het criminele circuit”, aldus Shamir Ceuleers (woordvoerder CMK). Het onderzoek werd gedaan in opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid
Aan het onderzoek deden 1637 onderwijzers, jongerenwerkers, wijkagenten, leerplichtambtenaren en andere eerstelijnsprofessionals mee. Het onderzoek werd uitgevoerd in Alkmaar, Amsterdam, Arnhem, Den Haag, Eindhoven, Haarlem, Leeuwarden, Maastricht, Roermond, Rotterdam, Tilburg en Utrecht. Ruim de helft geeft aan de afgelopen twee jaar contact te hebben gehad met vermoedelijke slachtoffers. 40% Ziet vooral minderjarige slachtoffers in de leeftijd tussen 12 en 18 jaar. Ze worden aangezet tot drugsdelicten, diefstal, ronselen voor prostitutie en geldezel- en katvangerconstructies.
De slachtoffers zijn vaak kwetsbare kinderen en jongvolwassenen die zelf geen hulp durven vragen. Dat kan zijn omdat ze zichzelf niet als slachtoffer zien, of omdat ze bang zijn voor represailles van de daders of om vervolgd te worden. Met als gevolg dat ze lang in de uitbuitingssituatie blijven vastzitten. Komen ze in beeld, dan is dat als dader in plaats van als slachtoffer.
Andere focus nodig
Het CMK wil een andere focus op de problematiek. Ceuleers: “De criminele maken misbruik van kwetsbare personen. Ze gaan daarbij soms onverschrokken en berekenend te werk, door bijvoorbeeld bewust bij basisscholen, praktijkscholen en zelfs zorginstellingen slachtoffers te ronselen. De slachtoffers worden soms met harde dwang (geweld) tot crimineel handelen gedwongen. Vaak gaat het om subtiele vormen van dwang, zoals bij mensenhandel het geval is. Denk aan misbruik maken van een kwetsbare positie, zoals een lichtverstandelijke beperking, minderjarigheid, of schulden- of verslavingsproblematiek. Soms is de dwang zo subtiel dat slachtoffers niet eens weten dat zij uitgebuit worden.”
‘Kijken met andere ogen’ toont aan dat criminele uitbuiting en ondermijnende criminaliteit met elkaar zijn verweven. Ceuleers: “Bij de aanpak daarvan en het voorkomen van jonge aanwas moeten we inzien dat niet iedereen die criminele feiten pleegt dat vrijwillig doet. Een besef dat in de Nederlandse aanpak ontbreekt. ” Het CMK wil dat de minister van Justitie en Veiligheid kijkt naar hoe het Verenigd Koninkrijk criminele uitbuiting aanpakt, omdat dit land jaar vooruitloopt op de aanpak van het probleem.
Overlap seksuele en criminele uitbuiting
Een op de vijf eerstelijns professionals stelt dat zij vermoedelijke slachtoffers kennen die zowel crimineel als seksueel zijn uitgebuit. Ceuleers: “Het gaat vooral om meiden en jonge vrouwen die gedwongen worden om seks te hebben met mannen, en daarnaast andere slachtoffers moeten ronselen voor prostitutie, drugspakketjes moeten rondbrengen of als geldezel moeten fungeren.” Er is nog weinig aandacht voor de verwevenheid van criminele en seksuele uitbuiting. Tot nu toe was er ook geen beeld bij de mate waarin het voorkwam. “Dit betekent voor hulpverleners en politie dat zij bij signalen van seksuele uitbuiting ook alert moeten zijn op indicaties van criminele uitbuiting”, stelt Shamir Ceuleers.
Vragen Democratisch Zaanstad
Democratisch Zaanstad heeft vragen gesteld aan het college naar aanleiding van het rapport ‘Kijken met andere ogen’. Raadslid Juliëtte Esmée Rot stelt dat haar partij al jaren in kwetsbare wijken waarneemt dat jongeren worden gedwongen om strafbare feiten te plegen. “We hebben dat ook diverse malen benoemd. Kinderen worden geronseld voor ondermijnende criminaliteit, zonder eerlijke kans op een goede toekomst.” Zaanstad heeft wel maatregelen getroffen (financieel, sociaal, maatschappelijk) om tegenwicht te bieden. Maar dat lijkt nog niet al te succesvol.
Rot: “Democratisch Zaanstad zal op korte termijn komen met een initiatief om deze kinderen los te ‘breken’ uit de klauwen van ondermijning. Voor nu wil Democratisch Zaanstad weten hoe de gemeenten zijn geselecteerd voor het onderzoek ‘Kijken met andere ogen’ en waarom onze stad niet is opgenomen in het onderzoek. Dan wil Rot weten of de Zaanse eerstelijnsprofessionals zich herkennen in de conclusies van het onderzoek.
Weliswaar heeft Zaanstad niet deelgenomen aan het onderzoek, desalniettemin vraag Rot of het college lessen trekt uit de conclusies van het onderzoek voor de Zaanstadse situatie en op welke wijze de gemeente dit denkt om te zetten in maatregelen of beleid voor onze Zaanse kinderen. Rot kan zich voorstellen dat de gemeente de conclusies nu al betrekt in het beleid dat al wordt uitgevoerd en om welke maatregelen het dan gaat. Maar Rot wil ook weten als de gemeente dat niet van plan is, waarom dat dan niet wordt gedaan. Wellicht zijn er dan al resultaten te melden over de Zaanse aanpak van ondermijnende criminaliteit, specifiek ten aanzien van de categorie slachtoffers die het rapport benoemd.
Reageer