Henk B. is vandaag veroordeeld tot 4 jaar gevangenisstraf voor de kunstroof in het Zaansmuseum. Op klaarlichte dag, 15 augustus 2021, werd het museum opgeschrikt door schoten. Twee mannen probeerden het schilderij ‘De Voorzaan en de Westerhem’ van Monet te stelen. De Monet is het topstuk van het museum, dat het voor 1,2 miljoen heeft gekocht.
De rechter gaat mee in de eis van het OM en veroordeelt Henk B. tot vier jaar celstraf voor zijn poging tot kunstroof in het Zaansmuseum.
De kunstroof mislukte. Nadat B. het schilderij van de muur trok, werd het buiten, onder dreiging en schoten van de rovers, afgepakt door omstanders. Hierna vluchtten de dieven en waren ze zoek, tot de Amsterdamse Henk B. zich een maand later meldde bij de politie. In januari werd een tweede verdachte (een 37-jarige Purmerender) opgepakt, die na verhoor is vrijgelaten. Het OM moet nog beslissen of ze deze man gaan vervolgen.
Voltooide diefstal
Hoewel de advocaat van B. stelde dat er sprake was van poging tot diefstal, gaat de rechtbank daar niet in mee. De rechtbank vindt dat diefstal was voltooid, omdat het schilderij van de muur was getrokken en mee naar buiten was genomen. Daarbij neemt de rechtbank de brutaliteit van de diefstal mee in het vonnis: midden op een drukke dag, waarbij het schieten angst heeft veroorzaakt bij de vele omstanders.
Ook de uitzonderlijkheid van het gestolen schilderij neemt de rechtbank mee en maakt de zaak ernstiger. Daarbij was het schilderij na de diefstal maandenlang niet beschikbaar voor het museum, waardoor publiek de kans werd ontnomen van het schilderij te genieten.
‘Gedwongen’
In de rechtbank verklaarde Henk B. dat hij gedwongen werd door andere criminelen om de kunstroof te plegen. B. vertelt dat hij geldzorgen heeft sinds zijn inkomsten opdrogen door de coronamaatregelen. Hij stelt dat het misging toen hij werd opgelicht tijdens een drugsdeal, waardoor hij opeens een schuld van 12.000 euro had.
Kunstroof is niet nieuw voor Henk B. In 2002 werd hij wereldnieuws, toen hij twee schilderijen van Van Gogh uit het Van Goghmuseum roofde. Hij en zijn mededader Okkie zijn destijds allebei veroordeeld tot ruim drie jaar gevangenisstraf.
B. verklaarde dat hij sindsdien meerdere malen is benaderd door criminelen om het kunstje te herhalen. Hij stelt het altijd afgewimpeld te hebben, tot hij in de schulden kwam en klem zat. Hij weigerde nog steeds, maar toen criminelen zijn zoon bedreigden, gaf hij toe.
Ongeloofwaardig
Het spannende verhaal van Henk B. maakte zeker geen indruk op de officier van justitie, ze vindt het heel ongeloofwaardig. Ze vraagt zich af waarom het zo lang duurde voordat Henk B. zich heeft gemeld. Daarnaast heeft hij niet willen verklaren wie de criminelen zijn, dus dat valt niet te controleren, net als de wietschuld.
Ze stelt: “Er kunnen door politie/justitie beschermingsmaatregelen worden genomen. Die weg heeft hij niet gezocht. Hij zet zichzelf hier neer als slachtoffer, maar die visie deel ik niet.” De rechtbank gaat hierin mee: doordat zijn verhaal niet te controleren is, doet dit niets af aan de ernst van zijn diefstal.
Reageer